IEXGeld

Dossiers

Profiel

Belasting werkelijk rendement komt eraan

Vanaf volgend jaar heeft de fiscus bij de vermogensrendementsheffing (spaartaks in de volksmond) meer oog voor de werkelijke rendementen, die behaald kunnen worden met grote en kleine vermogens. Er gelden dan drie schrijven in box 3 van de inkomstenbelasting, waarbij het veronderstelde rendement stijgt naarmate het vermogen groter is.

Lees ook: Prinsjesdag: de fiscale wijzigingen

Wie meer dan 1 miljoen euro aan vrij besteedbaar vermogen bezit, kan in de ogen van de fiscus 5,5% fictief jaarrendement halen. Bij vermogens tussen 1 ton en 1 miljoen euro is het verwachte rendement 4,7% en bij vermogens van minder dan een ton gaat de fiscus uit van 2,9% rendement. Het belastingtarief blijft 30% over het verwachte rendement.

Huidige situatie vermogensbelasting

Tot nu toe gaat de fiscus bij de vermogensheffing uit van 4% rendement op vermogen, ongeacht hoe groot dat is. Over dat vastgestelde rendement wordt 30% belasting geheven vanaf 24.437 euro. Fiscale partners zijn vrijgesteld van belasting tot 48.874 euro. Het bedrag dat vrijgesteld wordt van belasting wordt volgend jaar verhoogd naar 25.000 euro of het dubbele daarvan voor fiscale partners.

Zie ook het overzicht van Wegwijs.nl hieronder (waarbij in het blokje verwacht rendement het heffingsvrij vermogen nog in mindering moet worden gebracht op de bedragen achter de drie percentages: zo wordt bij 75.000 euro aan belastbaar vermogen uitgegaan van 2,9% verwacht rendement):


Bron: Wegwijs.nl

Realistischere vermogensbelasting

Een meer realistische vermogensrendementsheffing is de eerste stap op weg naar een belasting over werkelijk behaalde rendementen. Staatssecretaris Eric Wiebes van Financiën schrijft in een brief aan de Tweede Kamer dat zo'n belasting mogelijk is. Vorig jaar noemde hij 2020 als het invoeringsjaar voor belasting over het werkelijke rendement op vermogen.

Op basis van onderzoek naar een alternatief voor de vermogensrendementsheffing in box 3 legt Wiebes de Kamer drie alternatieven voor om het reëel behaalde rendement op vermogen te belasten.

  • Variant 1: Belastingplichtigen rekenen jaarlijks af met de fiscus over ontvangen rentes en dividenden, en behaalde koerswinsten.
  • Variant 2: Ontvangen rentes en dividenden worden meteen belast. Beleggers betalen belasting over winst, zodra die wordt gerealiseerd. Bijvoorbeeld als beleggingen met koerswinst van de hand worden gedaan.
  • Variant 3: Aan het begin van het jaar wordt vermogen gespecifieerd naar spaargeld, aandelen, obligaties, vastgoed en overige. Na afloop van het jaar wordt voor elk van deze onderdelen het gemiddelde rendement berekend en belast.

Lees ook: Alles over Prinsjesdag 2016

Gerelateerde Tools

Lees ook:

Trump versus Harris: maakt het uit voor beleggers?

Wie trekt aan het langste eind? En maakt de uitslag eigenlijk uit voor b... Lees verder ›